DOETINCHEM - De rechtbank veroordeelt een 63-jarige man uit Doetinchem tot 7 maanden cel vanwege brandstichting in zijn flatwoning. Daarbij legt de rechtbank tbs met voorwaarden op.


In de ochtend van 21 november 2023 ontstond brand in de woning van de man in Doetinchem. Er was sprake van een uitslaande brand met forse rookontwikkeling. De flat moest door de politie en brandweer worden ontruimd. Nadat de brand geblust was bleek dat de woning van de man en 3 andere woningen niet meer bewoonbaar waren. Een andere woning was tijdelijk niet bewoonbaar. De man verklaarde dat hij een kaars brandend op een stereo-installatie op korte afstand van kunststof gordijnen had geplaatst. Vervolgens ging hij op zijn balkon roken en liet de brandende kaars dus onbeheerd achter. Toen hij de rookmelder hoorde afgaan en een sliert rook in de woonkamer zag, liep de man naar de rookmelder en drukte deze uit. De man verklaarde dat hij de brand niet met opzet had gesticht.

Voorwaardelijk opzet

De rechtbank vindt op basis van onder andere deze verklaring bewezen dat de man voorwaardelijk opzet had op het ontstaan van de brand. Door het plaatsen van een kaars op een dergelijke plek bestond volgens de rechtbank de reële en niet onwaarschijnlijk mogelijkheid dat brand zou ontstaan. De man ging daarna op zijn balkon roken en liet de brandende kaars onbeheerd achter. Toen de rookmelder af ging en hij een sliert rook zag, drukte hij de brandmelder ook nog uit. Met deze gedragingen nam de man volgens de rechtbank de kans dat een brand in zijn woning zou ontstaan op de koop toe.

Verminderd toerekeningsvatbaar

De psychiater en psycholoog constateerden bij de man een psychische stoornis die invloed heeft gehad op zijn handelen ten tijde van de brandstichting. Daarom adviseren de deskundigen de brandstichting verminderd aan de man toe te rekenen. De rechtbank neemt dat advies over.

Tbs met voorwaarden en celstraf

De rechtbank legt een gevangenisstraf van 7 maanden op aan de man, zoals ook door de officier van justitie geëist. Daarnaast legt de rechtbank tbs met voorwaarden op. Gezien de ernst van de stoornis van de man, de ernst van het misdrijf en het beveiligingsniveau dat voor hem nodig is, vindt de rechtbank het opleggen van de tbs-maatregel met voorwaarden noodzakelijk. De oplegging van deze maatregel is volgens de rechtbank nodig om de man adequaat te kunnen behandelen, de maatschappij te beveiligen en het gevaar op herhaling zo veel mogelijk in te perken.